Charlotte Beaudry
Charlotte Beaudry is sinds haar adolescentie gegrepen door het verlangen om te schilderen. Ze volgt een atypisch parcours als autodidactische kunstenares en leert de technieken door bekende schilderijen te kopiëren. Op haar negentiende onderbreekt ze haar kunststudie om bij een van haar broers, Pierre Beaudry, die interieurontwerper is in Londen, te gaan werken. Daar maakt ze zich technieken eigen zoals het fresco, de trompe-l’œil en het patina. Beaudry treedt pas laat tot de kunstkringen toe met een reeks opvallende tentoonstellingen, die aantonen hoe apart haar werk is. In 2005 behaalt ze in het MAMAC, in Luik, de Georges Collignon-prijs. In 2007 krijgt ze de CERA Partner in Art-beurs en het jaar daarna wordt ze genomineerd voor de Ariane-prijs van Rothschild.
Haar werkmethode is gebaseerd op foto’s en video’s die ze zelf maakt of vindt op het internet en systematisch verzamelt. Meestal kiest ze een thema op basis van de plastische omvang van het beeld dat ze picturaal analyseert. Vervolgens vergroot ze het beeld en kopieert ze het heel nauwkeurig, wat het zowel herkenbaar als vreemd maakt. De composities zijn altijd eenvoudig en frontaal en ze bevinden zich buiten elke context of locatie. Ze tracht geen verhaal te vertellen, maar wil sterke beelden schetsen met een directe uitwerking.
Haar doeken en tekeningen stellen thema’s uit haar dagelijks leven voor, in een intimistische stijl, en zijn van elke valse schijn ontdaan. Haar bekendste reeksen stellen vragen bij de moeilijke veranderingen, die veroorzaakt zijn door de onrusten in de adolescentie. In de wankele architectuur die ze schildert (hutten van karton of stof), zijn de veel gebruikte thema’s uit haar oeuvre zichtbaar aanwezig: verandering, kwetsbaarheid, fragiliteit, onzekerheid. Maar wanneer ze in haar omgeving ziet hoe de dochter van haar levensgezel, Juliette, verandert en ze haar fotografeert, filmt en in grote portretten in beweging afbeeldt, krijgt ze echt succes. Ze schildert het meisje in ingehouden of provocerende poses, wanneer ze roept of valt, poogt te vluchten en haar gezicht achter haar haar, handen of trui verbergt, als metaforen voor het emotioneel onstabiele universum van de adolescentie, tussen de behoefte om zich te bevestigen en zich te verbergen. Na de Juliettes, gaat Charlotte Beaudry door met een reeks geschilderde, gefilmde en gefotografeerde portretten van vijf meisjes van 19 jaar, Mademoiselle nineteen. Geïnspireerd door de film Masculin Féminin van Jean-Luc Godard, stelt ze hun vragen over hun leven, hun engagementen, hun relatie met de wereld.
De kunstenares gaat nog verder met die zoektocht en behandelt andere thema’s, die even realistisch, maar steeds dubbelzinniger zijn. Een suggestief en als een racewagen uitgelijnd rood slipje, halfopen handtassen die de onweerstaanbare drang opwekken om in de intimiteit binnen te dringen, de lege en monochrome achterkant van maskers, wat verwijst naar de notie identiteit en vermomming, een versleten reuzenroos vol gaatjes van een dartsspel, roze vingers braaf op een rijtje met zwarte achtergrond, die klaar lijken om tot de aanval over te gaan, enz. Het zijn onderwerpen die intrigeren en hun sensuele kracht uit de suggestie putten. Of het nu gaat om dagelijkse objecten, plaatsen of portretten van jonge vrouwen, de werken van Charlotte Beaudry bevatten alle, soms dubbelzinnige nuances van een vrouwelijke identiteit op zoek naar haar integriteit.